Zot zijn doet geen pijn, dacht ik.
Bob speelde vroeger regelmatig als clown. Nu doet hij het enkel nog voor onze meisjes, voor mij ๐ en voor de kinderen van vrienden. Of hij geen uurtje wou komen ballonplooien voor de kleuters op school, als begin van de vakantie? Toegeven: hij twijfelde. Alle kleuterklassen samen, dat zijn 125 kinderen maar zo veel ballonfiguurtjes kan je onmogelijk draaien op een uurtje.
“Ik zal meegaan om u te helpen.” Het was er uit voor ik goed had nagedacht over mijn voorstel. Want ik kon helemaal geen ballonfiguurtjes draaien. “Ik toon u dat wel even. Als jij pompt en een paar eenvoudige dingen maakt, dan kan ik me concentreren op de grotere dingen.”
En zo trokken wij dus naar school deze namiddag, als twee dikke clowns. “Waarom wij? Waarom doen wij onszelf zoiets aan? Waarom ben ik nu niet gewoon aan het inpakken? ” Het was best lastig, zo veel kinderen entertainen met zo een valse rode neus. Maar de tijd vloog voorbij en het was uiteindelijk toch een heel leuke ervaring.