Tagarchief: druk

Eentje

Eentje is geentje, zegt het enige kind. 🙂

Dat klopt natuurlijk niet. Een leven met of zonder kinderen is nauwelijks te vergelijken. Toch moet ik vaak glimlachen met uitspraken als ‘die van mij telt voor drie’. Mijn kindeen tellen alle drie voor drie, en drie maal drie is negen. Dat werd dit weekend nog maar eens duidelijk.

Zaterdagmorgen vertrokken Manou en Nina dus op kamp. Zaterdag werd een drukke werkdag maar zondag had ik Flo helemaal voro mezelf. In de voormiddag had ik nog een fotoshoot gepland en ’s avonds kregen we bezoek. Omdat de papa met zijn vrienden op stap was, zouden Flo en ik zorgen voor het diner.

Terwijl deugniet zich rustig bezig hield in de speelkamer, bleef ik ’s morgens tot acht uur in bed liggen (zalig). Ontbijt met verse pannekoeken, samen in bad, fotoshoot en dan samen naar de Delhaize, de ideale winkel voor wie geen idee heeft van wat hij (of zij) zou kunnen klaarmaken. Flo koos pizza als middageten en ’s avonds ging ik voor hapjes, salade en wok.

Half twee leek me een beetje vroeg om al aan het eten te beginnen en dus speelde mijn dochter en ik eerst een beetje in de tuin. Lenteschoonmaak, hondedrollen opkuisen, samen op de trampoline, haar fiets van onder het stof halen, enzovoort. Na een uurtje besloot ik binnen ook eens aan te pakken, beetje stofzuigen en terwijl ik toch bezig was kon ik even goed de keuken eens dweilen en de zetels invetten. Ik geef toe: Flo kan zich ook heel goed alleen bezighouden.

Om drie uur hebben we samen de speelhoek opgeruimd, om met het poppenhuis gespeeld. Ik was de baby 😉 En toen was het half vijf, nog steeds een beetje vroeg om aan het eten te beginnen maar een goede mise-en-place kan nooit kwaad. Om half zes stond mijn wok klaar en was de tafel gedekt.

Tegen dat het bezoek aankwam, zat ik mijn tijd te verdoen op facebook. 😉 Waar vakantiekampen toch allemaal niet goed voor zijn.

Eclips

Als ik me grieperig voel, wacht ik eerst een paar dagen. Vaak gaat het vanzelf over. Maar als de hoofdpijn of koorts aanhoudt, ga ik naar de dokter. Voor mijn mentale gezondheid redeneer ik net zo. Enkele weken geleden maakte ik een afspraak maakte bij Eclips, het centrum voor geestelijke gezondheidszorg in Gent. Niet dat ik aan de rand van de afgrond sta, of depressief ben. Toch voel ik dat de boog net iets te vaak heel gespannen staat.
Jij? In t-h-e-r-a-p-i-e? Het is een beladen woord voor een acht gesprekken (en dat is het maximum waar ik recht op heb, want anders is dat jamemr genoeg schandalig duur). De blikken van kennissen verraden hun achterdocht. Misschien vinden ze vooral mijn openheid raar. Daarom schrijf ik het hier nog eens neer, om het taboe misschien een klein beetje te doorbreken. Hulp vragen is geen schande, integendeel.

Het leven is niet altijd gemakkelijk. De combinatie van (meer dan) voltijds werken, drie zorgkindjes en een partner een dik medisch dossier, een kangoeroewoning, school, naschoolse activiteiten, vrienden, hobby’s, reizen, â€Ļ Soms is het gewoon heel erg veel. Dan loop ik moe, lastig en prikkelbaar. Is dit nu wat ik wil? Ben ik goed bezig? Ga ik dit ritme wel volhouden?.

Net als bij een gewone dokter weet ik vaak op voorhand hoe het gesprek zal lopen, en wat ze zullen voorschrijven. Toch is het goed om even stil te staan, om al je frustraties te ventileren en jezelf in vraag te stellen. Ik zie trouwens veel mensen rond mij die ook deugd zouden hebben van een helpend hand, een objectief luisterend oor, een heldere en eerlijke kijk op de situatie en op jezelf. Relaties die langzaam verzuren, vrouwen die overlopen van complexen, ouders die hun scheiding overcompenseren, mannen en vrouwen die vluchten in hun werk of in een affaire en al die eenzamen.

Soms wou ik dat ik beter was. Geduldiger (ten opzichte van mijn kinderen), liever (voor mijn vrienden), zachter (voor mijn lief), rustiger, slimmer en tegelijkertijd ook milder met mezelf.

Een eigen huis, een plek onder de zon,
en altijd iemand in de buurt die van me houden kon.
Toch wou ik dat ik net iets vaker,
Iets vaker simpelweg gelukkig was.
Het gesprek heeft me doen beseffen dat de medische omstandigheden toch doorwegen, Ên dat we het al bij al zo slecht nog niet doen. Het heeft me ook heeft me ook gemotiveerd om iets leuks voor mezelf in te plannen, een oplaadmoment. Dat ga ik binnenkort dus ook doen, samen met deze leuke madam.

Beloningskaarten

Stickers plakken en bolletjes kleuren, we proberen het regelmatig en met wisselend succes. Het probleem is dat je toch moeilijk voor alles een beloningsysteem kan uitwerken? Want er is veel (tot heel veel) dat ik mijn meisjes stilaan zelf (en zonder het te vragen) zouden moeten doen. Speelgoed opruimen, dopjes op de stiften, toilet doortrekken, pyjama aan het haakje, schoenen in de schoenkast, grondig tandenpoetsen, tafel afruimen, met mond toe eten, enzovoort.

Het lijkt allemaal evident maar om een duistere reden lukt het vaak niet. Hoe ouder ze worden, hoe meer ik mezelf hoor klagen en zagen, vooral ’s morgens als we onder tijdsdruk staan. ’s Ochtends sta ik er nu alleen voor en dan drie kinderen eten geven, zelf iets eten, medicatie geven, boekentassen maken, brooddozen vullen, vers fruit snijden, agenda’s tekenen, tafel afruimen, hond buiten laten, iedereen in de badkamer krijgen, gepaste Ên geliefde kleren kiezen (een uitdaging), napoetsen, haren vlechten, mezelf wassen en aankleden en iedereen op tijd in de auto krijgen: ik probeer rustig en vriendelijke te blijven maar vaak loopt mijn emmer toch over.

Het grootste probleem is tijd. Zo kreeg ik heel veel leuke brooddoos ideetjes maar waar halen die andere mama’s daar in godsnaam de tijd voor? Ik ben al trots als ik tijd vind om ’s morgens pannenkoeken te bakken zodat ze geen twee keer boterhammen moeten eten. Met drie kinderen boodschappen doen in de Colruyt gaan vind ik biivoorbeeld ook geen probleem, tenzij je binnen de 30 minuten buiten moet zijn met een volle kar. Kuisen werkt therapeutisch behalve als ik telefoon krijg van mijn schoonma dat ze binnen het half uurtje eens binnenspringt. En samen knutselen is gezellig, behalve als je de opdracht pas ’s morgens bij het ontbijt ontdekt (en het huis proper moet liggen voor de oppas).

Manou doet hard haar best om mij te helpen maar met mijn twee jongste rebels heb ik nog veel werk. En daarom voer ik dus toch opnieuw een paar beloningskaarten in. Op deze link vond ik er leuke, ook voor mezelf. Veel pedagogische tikken geef ik niet maar een beetje meer geduld kan zeker geen kwaad 😉

goedopvoeden1

Prestatie

Een nacht heb ik wakker gelegen van de auditie, en mijn blogbericht zorgde voor nog meer commotie. Dat Manou niet mag meedoen is jammer, meer we vinden wel iets anders. Ondertussen is er ook een overleg geweest met kamer58, wat hen siert. Ik hoop dat ze het volgend jaar anders aanpakken zodat er geen kinderen nog zo ontgoocheld en met een deuk in hun zelfbeeld naar huis terugkeren. Maar hiermee is het incident voor mij wel gesloten.

Wat mij meer verontrust is de onderliggende maatschappelijke tendens. De prestatiemaatschappij deint steeds verder uit en de kloof tussen winnaars en verliezers wordt alsmaar groter. Gewoon je best doen is niet meer goed genoeg, zelfs niet voor een vrijblijvende naschoolse activiteit.

Een leerkracht probeerde mij gisteren nog te overtuigen van dergelijke selectieprocedures en audities. ‘Uit ervaring weet ik dat ouders een school (of sportclub) met goede resultaten een goede school vinden. En door het maken van een selectie vooraf kan je gemakkelijk goede resultaten boeken. Ik ben altijd een gemiddelde leerkracht geweest tot er plots enkele super getalenteerde leerlingen in mijn klas zaten. Plots kreeg ik een uitstekende reputatie. Onterecht natuurlijk maar zo redeneren veel mensen. Meer nog: minder begaafde leerlingen zullen zelf vaak denken dat het probleem bij de leerkracht ligt, terwijl begaafde kinderen doorgaans gemotiveerder en dankbaarder zijn. Daarom is het als leerkracht/trainer gewoon leuker om met goede leerlingen te werken.’

Het doel is duidelijk belangrijker dan het leerproces. Zucht. Ben ik overgevoelig voor dergelijke uitspraken omdat mijn meisjes net iets meer zorg vragen dan gemiddeld? Ligt het probleem misschien dan toch bij mij?

Ik ben heel trots op mijn drie dochtertjes, ook al zijn het geen hoogvliegers. En ik heb totaal geen probleem met een gezonde competitie en rangschikkingen. Toch stel ik me vragen bij die steeds hoger liggende lat en onderliggende ratrace.

‘Kinderen zijn gereduceerd tot vaatjes, waarin ik dagelijks van bovenaf opgelegde informatie moet stoppen en daarnaast dien ik onmiddellijk de korte termijn resultaten te registreren’, schrijft een kleuterjuf in haar ontslagbrief. Waar is de tijd dat kinderen nog mochten spelen en fouten maken. Nu wil iedereen de best zijn, overal en in alles. Dat is toch niet haalbaar? Mensen en zelfs kinderen worden opgedeeld in winnaars en verliezers. Depressies en zelfmoorden nemen epidemische vormen aan en toch blijven we de druk opvoeren. Niemand durft te klagen (ik heb het gedaan en geweten ;-)), niemand wil uit de boot vallen.

Als jonge verstandige hoogopgeleide creatieve en artistieke mensen Manou al op voorhand afwijzen, wat gaat het dan geven voor Nina en Flo? Gaan zij wel hun plaats vinden in deze harde maatschappij? Of zouden we niet beter verhuizen naar een onbewoond eiland?

Druk?

Heel inspirerende passage in de “Paradox van Parys”:

‘In het leven, moet je streven naar de status van herenboer,’ vertelde hij me. Dat klinkt een beetje fout maar er zit wel een grond van waarheid in: als je goed georganiseerd bent, hoef je het niet constant verschrikkelijk druk te hebben. Die hele drukte om druk bezig te lijken, is een portie drukdoenerij.

Want in essentie zijn er maar twee verklaringen voor mensen die het altijd druk hebben. Of ze hebben moeite om de juiste prioriteiten te stellen waardoor ze steeds tijd te kort hebben. Of ze zijn gewoon slecht in het afhandelen van hun werk binnen een redelijk tijdsbestek.

Iemand die in twee uur klaart wat een collega in vijf uur klaart heeft het niet minder druk maar is gewoon beter. De volgende keer als iemand me vraagt of ik het druk heb, antwoord ik ‘neen’. ‘Druk’ is so last year. Tijd op overschot is het nieuwe statussymbool.