Tagarchief: kind

Nieuwe coupe

Het duurde even voor ik begreep wat er was gebeurd. Op de grond lag een bergje blonde haartjes. Misschien was er opnieuw een Barbie gesneuveld?

Kappertje spelen, het blijft een klassieker. Zoiets overkomt je maar één keer, per kind wel te verstaan. Flo beperkte zich tenminste tot één kant. En wat je de juf ook mag beweren: ze kan recht knippen.

Onze huis-aan-huis kapster gaf me twee opties: of ik maak er een ventje van of we steken er een asymmetrische coupe in. Dat is hip, voor volwassenen.

Waarom zijn kinderkapstel altijd zo vreselijk klassiek en braaf? Het is maar haar; dat groeit altijd weer terug. De kindertijd lijkt me bovendien de ideale moment om te experimenteren. Sparen zullen ze later nog genoeg moeten doen 😉

image-2

Videoblog: de lente

Eén filmpje per maand lijkt me genoeg. Maar begin april trokken we naar Brighton, en de rest van de maand … had ik eerlijk gezegd gewoon veel andere zaken aan mijn hoofd. Wachten tot eind mei bleek dan weer te veel van het goede. En dus koos ik voor ‘De Lente’, voor die mooie, heerlijk warme en zonnige dagen in april. Lieve zon, ik mis u. Kom gauw terug 🙂

Videoblog: april – mei from annelissen on Vimeo.

Televisieverslaafd

Misschien ligt het probleem bij mij. Ik geef het slechte voorbeeld door zelf zo veel achter mijn computer te zitten, ook al is dat voor het werk. En stiekem ook een beetje voor mezelf, maar dat blijft onder ons. 🙂 Misschien stoort dat televisiekijken me zo hard omdat ik zelf nauwelijks voor de buis zit. Computeren is minder passief. Doorgaans kijk ik tv terwijl ik met iets anders bezig ben, als achtergrondbezigheid. Het nieuws, politieke debatten en ook de meeste Engelstalige films en series zijn perfect te volgen met één oog.

Op zich is er natuurlijk niets mis met televisiekijken. Ik ben geen principiële mama die haar kinderen wilt beschermen tegen de zonden, de seks of het geweld van de grote boze buis. De tv is een gemakkelijke, goedkope en altijd beschikbare babysit, zeker op zondagmorgen. Maar er zijn grenzen. En dat lijken die kinderen van mij steeds minder te begrijpen.

Moest ik ze laten doen, hangen ze de hele dag – wat zeg ik dag én nacht- voor tv. En ze kijken naar de domste programma’s eerst. Fronzen is misschien een beetje melig maar ik hou wel van een goede Disneyfilm. Maar neen hoor, ze verkiezen K3- de soap, waar die halve gare grieten constant ruzie maken voor één vreselijke trage jongen (of hij is homo, dat kan ook). Nog een geluk dat ze De Kampioenen, Buren of Familie niet ontdekt hebben of je mag mij laten opnemen.

Televisiekijken is verslavend. De ene dochter heeft er hier al meer last van dan de andere maar bijna alle kinderen zijn er vatbaar voor.  Als oma vraagt wie naar televisie wilt kijken, springen alle kleinkinderen collectief in de zetel, hoe mooi het weer ook zijn mag. Met als gevolg dat ze na verloop van tijd verleren om ‘gewoon’ te spelen.

Je had het gezicht van Manou en Flo moeten zien toen ik vorige vrijdag aankondigde dat het een scherm-vrij weekend zou worden.

‘Maar wat moeten wij dan doen?’
‘Spelen.’
‘ Wat moeten we spelen? En met wie? ‘
‘Spelen. Alleen of met je zus, buiten of binnen. ZONDER MIJ. Je gaat spelen, je vervelen. Maar geen tv.’
‘Spelen op de computer of Nintendo? ‘
‘Geen tv, geen schermpjes, geen ipad, geen Nintendo. Niets van dat! Spelen. Met de poppen of Playmobil, of in de tuin, met de hond, knutselen, verstoppertje, een gezelschapsspel, keuze genoeg. S-P-E-L-E-N.’

Het gesprek eindigde in traantjes, aan beide kanten. Zelf zat ik uren op zolder met de Playmobil, zeker tot mijn twaalf jaar. Ik zou het als een persoonlijk falen ervaren moesten mijn dochters zich geen weekendje kunnen bezighouden. Zolang er vriendjes langskomen, of ik met hen mee doe vinden ze het allemaal wel leuk. Maar zelfs iets verzinnen, zonder om het kwartier mijn hulp in te schakelen, dat is blijkbaar moeilijk.

Halverwege het weekend had ik stiekem toch een beetje spijt van dat grootste idealistische plan. Shooten en werken met hun gejengel op de achtergrond, het is niet erg bevorderlijk voor mijn humeur. Voor tv zijnz e stil, dat moet ik toegeven 😉 Maar zowel zij als ik zetten dapper door, en zo werd het al bij al nog een fijn weekend. Morgen kijken ze weer naar K3 maar ondertussen hebben we toch een klein stapje in de juiste richting gezet.

Samen op vakantie

‘Dus jullie gaan met vrienden op vakantie? Goh, dat is toch niet gemakkelijk he. Iedereen heeft zo zijn eigen gewoontes en voor je het weet heb je ruzie. Dat is niets voor mij’

Voor de deur van het appartement staan wel tien paar schoenen, en een berg zand. De kinderen rennen, roepen, zingen, dansen en spelen doorheen het appartement. Dan weer willen ze aan tafel tekenen, om geen tien minuten later opnieuw te verhuizen naar het stapelbed.

Na een heerlijke dag op het strand wordt er gegeten en gedronken. De mannen koken, de vrouwen kletsen en ruimen op. In de achterkamer horen we nog steeds gegiechel. Morgen gaan we weer wandelen, steppen, schelpjes zoeken en zandkastelen bouwen.

Samen is veel leuker dan alleen, zingen de kleine meisjes in koor. Move tegen pesten is helemaal terug. Natuurlijk is het niet altijd gemakkelijk. Je eet te veel, slaapt te weinig en moet zowel ’s morgensvroeg als ’s avonds nog eens met de hond buiten. En heel soms moet iedereen op hetzelfde moment naar het toilet. 🙂

Ik ben erg dankbaar dat ik de voorbije jaren zo veel toffe, gemakkelijke en lieve mensen ben tegengekomen.  Echte vriendschappen zijn zeldzaam. Dat ze jaar na jaar met ons op vakantie willen, ons blijven verdagen en er ondanks alles graag opnieuw bij zijn. TOP!

zee

Groepsgevoel

De vader staat aan de zijlijn van het voetbalveld. Het is wedstrijd en hij moedigt zijn zoon aan. Wissel. Plots gaat hij uit zijn dak. ‘Oe! De goede moeten blijven! Laat die prutsers toch op de bank zitten. Losers!’ Negen jaar zijn de kinderen waar hij het over heeft. Geen van hen zal ooit op nationaal niveau spelen. Voor een onderwijzer kan dat tellen. ‘Voetbal is nu eenmaal een competitiesport. Het doel is om te winnen. Toch?’
Zondagnamiddag op de Chiro. Er worden ploegen gevormd en ook hier worden steeds dezelfde kinderen laatste gekozen. Nina is er zo eentje, en ook in de pauze staat ze altijd alleen. De leidsters van zestien jaar lijken het niet te beseffen. Ik neem het hen niet kwalijk: hoe waren we toen zelf?
Mijn lieve schat bijt dapper door. Ze klaagt niet, maar leuk vind ze de jeugdbeweging nog steeds niet. Chips en cola tijdens de pauze maakt de middag gedeeltelijk goed. Maar als ouder wankel ik. De grens tussen stimuleren en pushen is dun, zeker als je zlf niet meer heel overtuigd bent van de richting.

Zeurpiet

Sinterklaas zit ondertussen terug in Spanje maar hij is hier toch een paar zeurpieten vergeten.

Het thema houdt me al lang bezig, maar omdat ik niet te snel zelf aan het zeuren wil toegeven stel ik het alsmaar uit. Toch komt het gekibbel en de zure ontgoochelde of boze snoeten stilaan mijn strot uit.

We gaan de naar de Efteling. Joepie! Je zou voor minder blij zijn, denk ik dan. Maar dan beginnen ze in de auto onderweg al te jengelen. Twee ipad’s voor drie kinderen. Eentje mag er voorin zitten, wat de andere niet eerlijk vinden. En ze willen een koekje, maar wie mag het zakje vasthouden? Ik nam de bolderkar mee, voor als de beetje moe worden maar al op de parking was het discussie want niet iedereen kon er in. Begrijp me niet verkeerd: we hebben een leuk weekend achter de rug. Thuis is het niet anders.

IMG_20131209_101056

 

Waarom kunnen ze niet eens gewoon tevreden zijn met wat ze hebben? Wat doen we verkeerd? Gelukkig hoef ik maar rond me te kijken om te zien dat het (bijna) overal hetzelfde is. Kinderen zeuren, het lijkt onvermijdelijk. In de rij voor een attractie, in de buggy of bolderkar, op restaurant en zelfs in de speelzaal ernaast. Het waren meestal niet eens mijn meisjes die het hardste riepen.

Het zou gemakkelijk zijn om te concluderen dat ze gewoon verwend zijn. Maar dat klopt niet. Als enig kind besef ik dat veel gezeur ontstaat omdat ons gezin drie kinderen telt. Op restaurant bestellen wij één kinderschotel (maar er is altijd wel eentje die net die dag geen spaghetti of frieten wilt), meer krijgen ze toch niet op. Twee plaatsen in de bolderkar voor drie (Nina zit er al veel langer in dan mij), één bad voor drie (waarom moet ik altijd in het midden zitten?) en slechts twee ouders (waarom mag Flo altijd met mama op de attractie?). Geld speelt ook weinig rol. Kansarme kinderen zijn doorgaans niet vrolijker of dankbaarder, is mijn ervaring.

Het leven is als een glas water, halfvol of halfleeg. En omdat gelukkig te zijn moet je je leren focussen op het gevulde deel, op de meevallers. Het beste maken van wat je hebt, in plaats van altijd meer te willen of te tekort gedaan te voelen. Het is meer dan optimisme of draagkracht. Zou dat besef vanzelf groeien met ouder worden? Of is het toch een gewoonte die je als ouder moet stimuleren en aanleren, zoals tafelmanieren. En hoe doe je dat dan zonder zelf te beginnen zeuren? (En nu zit ik opnieuw erg dicht bij mijn vorig bericht.)

Dinovember

Af en toe bots je op een idee of project waarvan je spontaan denkt: zo wijs! Dat ik daar niet op gekomen ben. 😉 Of eerder: ik wou dat ik het vroeger geweten had.

November, de maand waarin je speelgoed dino’s ’s nachts opnieuw tot leven komen. Dinovember.

1 BHjdCN6_3yA8fK8CN2DyHA 1 MdeWIcVlOdCkEIfBFJ9KxA

Every year, my wife and I devote the month of November to convincing our children that, while they sleep, their plastic dinosaur figures come to life.
Why do we do this? Because in the age of iPads and Netflix, we don’t want our kids to lose their sense of wonder and imagination. In a time when the answers to all the world’s questions are a web-search away, we want our kids to experience a little mystery. All it takes is some time and energy, creativity, and a few plastic dinosaurs. Childhood is fleeting, so let’s make sure it’s fun while it lasts.

Manou kickt nog af van Sinterklaas. Ik denk niet dat ik ze nog kan overtuigen van Dinovember. Jammer voor mij maar misschien gelukkig voor mijn interieur 😉

Parijs met kids: do’s en dont’s

Er bestaan veel sites met kindertips voor Parijs, en toch bleef ik tijdens mijn zoektocht een beetje op mijn honger zitten. Wat moet je nu echt doen? Of vooral: waar moet je met jonge kinderen echt niet aan beginnen? Daarom een heel persoonlijk en zeker onvolledig lijstje:

* Ook al telt Parijs veel prachtige parken en stadsspeeltuintjes, toch vind ik het geen ideale kleuterbestemming. Wacht tot dus tot ze minstens vijf jaar zijn, of vlot zelfstandig een vijftalkilometer kunnen stappen.

* De ontdekking van de week was zonder twijfel de step als vervoersmiddel. Door haar klompvoetjes kost stappen Manou veel energie.  Maar toen zagen we een paar Parisiennes op twee wieltjes. De eindeloze gebetonneerde stoepen ( veel handiger dan die stomme middeleeuwse Gentse kasseien ), grote pleinen en metrogangen lenen zich perfect voor een step. Volgende keer breng ik er voor mezelf zeker ook een mee.

* De Eiffeltoren is vooral indrukwekkend van op afstand (lees de Champs de Mars) bij valavond. Persoonlijk vind ik het uitzicht het wachten niet waard.

* Vergeet de bootjes. Vanop het water zie je niet veel meer. Dan is zo een toeristische bus interessanter. Zelf zweer ik nogal bij de metro, waar je met tien beurten echt overal geraakt. Zolang je samen door het poortje geraakt, betalen kinderen niet.

* Mijn favoriete plaatsen zijn Montmartre, gratis mooi uitzicht en sfeervol pleintje vol tekenaars en schilders – Les Halles en centre Pompidou voor de buurt alleen al, al bestel je voor het museum best tickets op voorhand – de brug met de liefdesslotjes – wandelen van de Quartier Latin tot Saint Germain. Er zijn natuurlijk nog veel interessante bezienswaardigheden maar de combinatie kinderen en de louvre zie ik toch echt niet zitten.

* Plan je bezoek. Zelf ga ik liever zonder plan op stap maar Parijs is een uitgestrekte stad. Die afstanden wegen snel door. Voor entreetickets moet je overal lang aanschuiven, dus die koop je  beter vooraf online.

* Drink wijn ( en gratis kraantjeswater in een carafe). Voor cola betaal je decadent veel geld en na een lekkere glaasje kan je bovenstaande punten ook betere relativeren. 🙂

image

image

image

Citytrippen met kinderen

Reizen is een beetje zoals eten. Natuurlijk is het gemakkelijker om je te beperken tot frietjes, spaghetti en worst met appelmoes. Ook met fastfood word je groot. Moeilijke eters groeien soms vanzelf uit hun kuren. Soms

Toch voel ik het als mijn taak om ze af en toe in contact te brengen met iets anders. Maar ik moet toegeven dat citytrippen met drie jonge kinderen een uitdaging is.

Parijs is een heel grote stad. Zelfs met de metro stap je je te pletter. En voor veel bezienswaardigheden moet je (uren) aanschuiven. Voeg daar nog een paar regenbuien aan toe en je hebt de perfecte mix voor een vermoeiende dag.

‘Zullen we de buggy meenemen, voor als Flo moe wordt.’ Ik vond het geen goed idee maar zag onze rebel ook niet meteen echt lang stappen. En Flo eet net iets te graag om ze een hele dag op mijn arm te dragen. 😉

Die buggy bleek een capitale fout. Parijs is de meest buggy- en rolstoelonvriendelijke stad ooit. De eerste trappen vonden we nog grappig, voor het filmpje. Vijftig metrotrappen verder zag ik de lol er niet meer in. En toen we ook nog ruzie kregen omdat een paar arrogante eikels ons gewoon niet uit de metro wilden laten uitstappen, stroomde mijn emmer over.

Fouten maken mag. Moeilijk gaat ook; het moet. Parijs is een te mooie stad. We ruilden de buggy voor twee steps en schrapten een groot stuk van ons programma. En het huis met babyfoot, reuzebad en dvd-kast maakten heel veel goed.

image

Spijt

‘ 1 op 10 ouders zou niet opnieuw aan kinderen beginnen.’

Het cijfer zorgde voor de nodige commotie op de redactie. Mij verwondert het eigenlijk niet zo. Persoonlijk denk ik dat een veel groter aantal mensen eigenlijk beter niet aan kinderen begonnen was.

Zelf heb ik het ook onderschat. Het ouderschap is zonder twijfel het beste maar ook de zwaarste engagement dat ik ooit ben aangegaan. Ik heb altijd een sterke kinderwens gehad. Mijn eerste favoriete boekenreeks was de babysittersclub, en vanaf mijn vijftiende verjaardag heb ik ontelbare uren gebabysit. Het is geen toeval dat ik nog steeds veel kinderen op bezoek krijg ik mijn fotostudio.

Toen Manou bij de geboorte klompvoetjes bleek te hebben, zag ik dat niet als een groot probleem. Nina dysmaturiteit, maandenlange opname en eetstoornis zorgde voor de nodige stress. Maar het is pas toen bleek dat Flo mogelijk een zware mentale handicap zou overhouden aan haar epilepsie, dat ik besefte welk engagement je als ouder aangaat.

Voor je kind zorgen, het lijkt eenvoudig maar dat is het natuurlijk niet altijd. Verschillende kinderen hebben verschillende noden, zowel praktisch, pedagogisch, financieel als emotioneel.  En als ouder moet je soms keuzes maken ten koste van jezelf. Ik denk dan niet aan die onderbroken nachten, aan de vele appelmoesmaaltijden en de citytrips naar centerparcs. Er echt zijn voor je kind betekent veel meer dan dat.

Toen ik het stuk in ons weekblad las, ontsnapte een kleine zucht. Eerlijkheid is goed. En er bestaan duizend goede redenen om niet aan kinderen te beginnen. Tegelijkertijd is het ook jammer dat niemand toegaf: ik was er beter niet aan begonnen want ik was eigenlijk niet zo een goede ouder. Mijn zoon of dochter verdiende beter. Of: had ik hen niet dan zou ik meer tijd hebben om anderen te helpen.

We leven in een maatschappij waarin het individu heilig is. Moeders rouwen om HUN verloren vrijheid. Ik, ik en ik. ‘Zonder kinderen zou IK in elk geval meer minnaars gehad hebben, meer jobs gedaan hebben en meer van de wereld hebben gezien.’ Tja. Is dat het nieuwe ideaal? Zelf heb ik meer bewondering voor mama’s zoals Eva, Brigit en mijn schoonzus die iedere dag het allerbeste van zichzelf geven voor hun kinderen.