België is een geweldig land, met een fantastisch sociaal vangnet. Ziek of zorgbehoevend zijn is natuurlijk nooit leuk. Maar als het dan toch moet gebeuren, dan kan je toch rekenen op 101 hulpvoorzieningen. Klein groot addertje onder het gras: je moet ze vinden en vaak ook afdwingen.
Bob heeft al te lang te veel pijn. En dus zochten we hulp, van in het UZ Gent naar de pijnkliniek van St Lucas tot in Melsbroek. Binnen enkele weken wordt hij opgenomen in het revalidatiecentrum, voor een periode van minstens drie weken. Ik hoop met gans mijn hart dat ze hem eindelijk kunnen helpen. Een complex probleem is natuurlijk niet op een twee drie opgelost, dat begrijp ik wel. Anderzijds zal het toch niet gemakkelijk zijn om een job in de media met lange en late uren te combineren met drie jonge kinderen.
Nog een geluk dat mijn vader al een deel van het over- en weer gerij op zich kan nemen. Maar een sportieve oma die een paar weken komt inwonen is er niet. Voor een voltijdse nanny heb ik het geld niet. En mijn favoriete babysits gaan natuurlijk zelf nog naar school. Bovendien is drie kinderen op drie verschillende schoollocaties gaan ophalen, medicatie geven, koken, de meisjes begeleiden bij hun huiswerk, samen eten en na nadien in bad en bed steken misschien ook een beetje ambitieus voor een zestienjarige.
‘Als we iets kunnen doen, moet je het maar zeggen. Manou kan in het weekend gerust eens komen spelen.’ Heel goed bedoeld allemaal maar mijn meisjes opsplitsen maakt de puzzel alleen nog ingewikkelder. Bovendien heb ik vooral hulp nodig op weekdagen, van half vier tot half acht, en dan werken de meeste van onze vrienden. Of ze hebben hun handen vol met hun eigen kroost.
Even zag het er naar uit dat vooral (onbetaald) sociaal verlof ons zou redden. Op zich vind ik het al een voorrecht om op korte termijn een paar extra dagen vrij te mogen nemen. Maar dankzij de thuisbeleidster van De Tandem kwam ik in contact met Oppas plus, een thuisoppasdienst van de mutualiteit voor zorgkinderen zoals Flo. Deze geweldige organisatie bestaat uit twee afdelingen: eentje voor werkende ouders tot 18 uur en eentje voor een avond uit vanaf 18 uur. Wij passen dus in geen van de twee tijdschema’s 😉 Maar de contactpersoon was gelukkig erg begripvol en er komt overleg voor een mogelijke uitzondering.
Dan is er ook nog de dienst gezinshulp voor mensen met een handicap. Maar ook zij werken maar tot 16 uur, en het tarief is erg onduidelijk. Het wordt berekend op basis van ons inkomen en schommelt (volgens de telefoniste) tussen een paar euro’s en vijventwintig euro per uur. Ik vraag me af welke zorgbehoevende zo even vijventwintig euro per uur kan betalen maar het is niet de moment om het systeem in vraag te stellen.
Veel alleenstaande ouders doen dit jaar in jaar uit, zonder hulp van familie en zonder de steun van de mutualiteit. Ik mag dus niet klagen. Het is ‘gewoon’ een kwestie van … een goede planning, een gezonde dosis energie en genoeg lef om hulp te blijven vragen.