Tagarchief: stad

Sportkamp

Omnisport, dat betekent alles en niets. Een sporthal voor als het regent, een grasveld bij mooi weer, een doos basis sportmateriaal en een paar enthousiaste moni’s: meer stelt zo een sportkamp van de stad Gent eigenlijk niet voor. Maar mijn meisjes vinden het telkens opnieuw geweldig. En wij dus ook 😉

Want hoe leuk ik mijn kinderen ook vind, die paar uur rust doet deugd. Flo gaat voor de eerste keer mee. Vanaf drie jaar stond er op de site en voor eens heb ik die leeftijdsgrens in mijn voordeel genomen. Natuurlijk besef ik dat Flo nog erg jong is, en dat ze veel aandacht en extra zorg vraagt. Maar dat is thuis ook zo. Een weekje zullen die monitoren wel overleven.

Op dag twee hield ze een striptease op de speeltuin. En gisteren vond ze haar sportschoenen plots niet meer leuk. Of ze volgende week opnieuw op kamp komen, vroeg de begeleidster Nina. Neen? Het meisje kon haar opluchting nauwelijks verbergen. 😉 Gelukkig vindt Flo het kamp erg leuk, en is ze ’s avonds goed moe.

Dag Gent

zz_fiets

Velen van jullie zullen dit weekend de afscheidsbrief van Pascale Pettersson al gelezen hebben. Precies vier jaar geleden trokken wij ook het centrum uit, weliswaar om andere redenen. Met een gezin leven van een half time uit het onderwijs, het lijkt me logisch dat dat heel erg moeilijk is. Of dat in een dorp echt anders wordt, betwijfel ik een beetje. Toch wil ik haar geruststellen.

Hoe verknocht wij ook waren aan het stadscentrum waren, ik heb nog geen seconde spijt gehad van de verhuis. Toen mijn mama overleed wou ik zo snel mogelijk iets kopen. Huren vind ik gewoon een heel slechte belegging. Bob en ik waren nog niet zo lang samen, en we zagen ons dus niet meteen aarden op den buiten of in een verkaveling. Veel familieleden hebben ons destijds de aankoop afgeraden. “Kinderen hebben een tuin nodig. Die drukte en al dat verkeer, jullie gaan dat snel beu worden.” Alsof een huis kopen een eeuwenlange verbintenis is.

Ik heb heel graag gewoond in het centrum. Joggen langs de coupure, aperitieven aan de graslei, dok of de Blaarmeersen als strand, de Gentse feesten te voet, Gent als onze achtertuin. Pas toen ons derde kindje op komst was, begonnen we te twijfelen. Eén kindje neem je gemakkelijk even mee naar het park, met drie ben je toch een stuk minder mobiel. We hebben nog gedacht aan een dakterras-tuin maar dat mocht niet van de buren. Bovendien werd mijn fotostudio een beetje klein en begon de parkeerstress door te wegen. En dus verkochte we ons huis en trokken zoals veel van onze vrienden naar de rand.

Is dat jammer? Neen. Toegeven: we zijn in de buurt gebleven maar moest ik de keuze opnieuw moeten maken zou afstand nu nog minder een rol spelen. Misschien hoort er bij iedere levensfase wel een andere woon- en leefstijl. Voor studenten en jonge koppels is Gent nog altijd een heerlijke stad. En in het weekend kom ik er graag eens met de kinderen. Maar als gezin van drie vind ik (maar dat is natuurlijk persoonlijk) een beetje meer ruimte en rust handiger en gezelliger.

Volgens leeftijd

Zaterdag was het weer zover. Dan probeerde zoals veel Gentenaars mijn kinderen in te schrijven voor een zomersportkamp. De race begon om 9 uur en ik heb me ooit laten wijsmaken dat je meer kans maakt via de telefoon. Het doel was om mijn drie meisjes samen in te schrijven voor een weekje in juli in de Wolfput, een sporthal hier in de buurt.

Om 9.40 geraakte ik eindelijk binnen. Voor Manou was er al geen plaats meer. Voor het kamp “omnisport voor kleuters” was er wel nog plaats. Ik besloot om Nina en Flo toch in te schrijven.

– Maar ik zie hier dat Nina in 2006 geboren is.”
– Nina zit in de derde kleuterklas. Mijn dochter is motorisch een beetje achter. Ontwikkelingsstoornissen, begrijpt u?
– Maar ze is van 2006. Ik kan ze dus niet inschrijven voor een kleuterkamp.
– Vorig jaar schreef ik ze in volgens leeftijd en na een halve dag sukkelen moest ze toch van groep zakken. Hetzelfde gebeurde trouwens ook tijdens de zwemles van de stad Gent. Dat dit niet zo leuk is voor haar. Nina is een jaar ouder dan haar klasgenootjes en toch is ze nog altijd de kleinste. Waarom zou ik hierover liegen?
– Ik begrijp het maar ik kan haar niet inschrijven. Ik zal Nina op de reservelijst zetten.

Er was dus plaats; ik was op tijd en toch heb ik Nina niet kunnen inschrijven. Pech. Ik vind wel iets anders en toch baal ik, uit principe.

Kinderen worden altijd en overal opgedeeld volgens leeftijd. Ze moeten ergens een grens trekken, ik begrijp dat wel. Maar voor Nina is het een verloren zaak. Ze was amper 41 centimeter bij de geboorte. Dat is 10 centimeter kleiner dan haar zus Flo. Die achterstand gaat ze nooit meer inhalen. Iedereen groeit. Hoe goed zij ook vooruit gaat, andere kinderen groeien ondertussen ook.

Al lachend beweer ik soms dat Nina’s geboortedatum beter zouden vervalsen. Een jaartje minder, daar zou niemand aan twijfelen. Nina kan zelfs gemakkelijk voor een 4-jarige doorgaan. De werkelijkheid is moeilijker. Wie Nina voor het eerst ziet, gelooft meestal niet dat ze al 6 is.

Later die dag belde de sportdienst terug. Of ik 5 minuten tijd had voor een tevredenheidsenquête. “You’re kidding right?”

DOK-strand

Onder een prachtige blauwe hemel sloot DOK-strand het zomerseizoen af. Een vals strand in het midden van de stad, het idee sprak me aanvankelijk totaal niet aan. In Brussel, Antwerpen of Parijs heb ik ook niet de ambitie op kost wat kost “op het strand” te willen zitten.

Maar DOK-strand is gewoon een super gezellige openlucht café-restaurant voor Gentse (beetje) alternatieve dertigers en hun kinderen. Op een vrije zondag vind ik het er heerlijk vertoeven. Beetje rommelmarkten, een glaasje drinken met de vrienden terwijl de kinderen spelen op het strand: dat is voor mij nu eens echt genieten van het leven.